Borstcrawlcollege: de perfecte armdoorhaal 

Principe: actie = reactie in het water

In de natuurkunde leren we dat elke actie een gelijke en tegengestelde reactie oplevert; de derde wet van Newton. In zwemmen vertaalt zich dat zo:

Als je water naar achteren duwt, duwt het water jou naar voren.

Wil je vooruitkomen, dan moet je je hand en onderarm zo inzetten dat je het water naar achteren verplaatst. Maar: dit moet op de juiste manier gebeuren, in de juiste richting, op het juiste moment en met de juiste versnelling. Daarmee voorkom je verspilling en zorg je voor maximale stuwing.

De insteek: start netjes

Begin bij het begin, de doorhaal start bij de insteek! De doorhaal begint al bij de insteek. Steek je hand in op schouderbreedte, net onder het wateroppervlak. Niet te ver voor je, niet te ver opzij.

Denk eraan: een slordige insteek kost meteen snelheid. Een ontspannen hand, vingers bij elkaar, maakt dat je direct klaar bent om grip te krijgen op het water.

De catch: pak het water met een hoge elleboog

Zodra je hand onder water is, begint de catchfase. Hier maak je van je onderarm en hand een stevig stuwvlak.

• Zorg ervoor dat je je hand en je onderarm loodrecht op het water plaats.
• Hierdoor zet je al vroeg druk op het water.
• Je hoeft niet hard te trekken, je wilt vooral het water pakken en voelen dat je grip hebt.

De duwfase: het water naar achter, jij naar voren

Vanuit de hoge elleboog, duw je het laatste stuk naar achteren!

• Duw het water zoveel mogelijk recht naar achter. Elke zijwaartse beweging is verspilde energie.
• Houd je onderarm en hand stevig in lijn, alsof je met een grote peddel door het water gaat.
• En dan het geheim wapen: versnel aan het einde van je duw.

Waarom? Het water dat je al in beweging hebt gezet, kun je nog meer snelheid meegeven. Dit laatste stuk zorgt ervoor dat jij door het water heen vliegt!

De finish: maak je slag af

Belangrijk is om je slag tot het einde af te maken. Zorg ervoor dat je je arm volledig lang maakt zodat je met je arm het water pas ter hoogte van je heup verlaat. En de tip, net even dat extra zetje omhoog, zorgt juist dat je jezelf naar beneden duwt. Dus let ook hierbij op dat je je hand loodrecht op het water blijft houden.

Samengevat

Een goede doorhaal bestaat uit:

1. Een nette insteek.
2. Vroeg grip pakken met een hoge elleboog.
3. Het water recht naar achter duwen.
4. Versnellen in de duwfase.
5. Pas bij de heup het water loslaten.

De volgende ronde!

In het volgende college gaan we aan de slag met oefeningen die je kunnen helpen bij het verbeteren van de doorhaal. Kun je niet wachten? Ga dan alvast kijken bij de gratis online trainingsomgeving  van Mijnzwemcoach.nl zodat je zelf aan de slag kunt gaan met het verbeteren van jouw techniek!